Ze zijn niet op de hoogte van de wachtlijst in de regio en hebben hier ook geen invloed op noch hebben ze enige doorzettingsmacht.
De inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) heeft onderzocht of de door minister de Jonge beloofde oplossing voor wachtlijstproblematiek en complexe zorgvragen voor jeugdigen, de zogenaamde regionale expertteams doen wat van hen wordt verwacht. Minister de Jonge probeerde hiermee de groeiende zorg en kritiek te pareren van het disfunctioneren van het decentrale jeugdstelsel, dat met de invoering van de Jeugdwet in 2015 de wachtlijsten voor jeugdhulp aan ouders en kinderen langer zijn dan ooit, terwijl de wel geleverde jeugdhulp te vaak geen verantwoorde jeugdhulp is, bijvoorbeeld omdat de juiste zorg door de gemeente niet is ingekocht. Hoewel de IGJ eufemistisch stelt dat er verbeterpunten zijn, lijkt de niet-ambtelijk voorgekookte conclusie dat ze nauwelijks functioneren:
“De 42 gemeentelijke jeugdregio’s zijn eind 2017 door de VNG gevraagd om (boven)regionale expertteams in te richten. In de voortgangsrapportage ‘Zorg voor de Jeugd’ van 5 november 2018 staat dat elke jeugdregio een regionaal expertteam heeft om ervoor te zorgen dat elk kind met complexe problematiek snel passende hulp krijgt, ongeacht de complexiteit van de zorgvraag en de wachtlijsten.”
Uit de factsheet van de IGJ blijkt:
- Het kind en ouders worden nog weinig actief en vanzelfsprekend betrokken;
- In de praktijk wordt voor een groot deel gedacht en gewerkt vanuit het hulpaanbod dat er al is en wordt nauwelijks passend zorgaanbod gecreëerd als er een hiaat is in het zorgaanbod. Dit leidt er toe dat het gegeven advies van het expertteam onvoldoende aansluit bij de hulpvraag van de minderjarige;
- Het resultaat van de bespreking van een casus in een regionaal expertteam is meestal een advies. Het regionale expertteam is niet verantwoordelijk voor het vervolg. De hulpverlener die de casuïstiek heeft ingebracht gaat verder met dit advies. Er is géén doorzettingsmacht, zoals wel beloofd werd door minister de Jonge.
- regionale expertteams hebben vaak geen actieve rol in de opvolging en monitoring van het advies. Onduidelijk is derhalve in hoeverre er daadwerkelijk sprake is van een succesvol in de praktijk brengen van enig advies.
- De regionale expertteams weten niet wat de wachttijden zijn bij een aanbieder in de regio. Ook hebben ze geen invloed op de wachtlijsten. Dit leidt ertoe dat het advies in de praktijk niet uitvoerbaar blijkt te zijn.
De enige doorzettingsmacht die ouders en kinderen hebben als het college of de GI een te lange wachtlijst voor lief nemen is procederen op grond van de jeugdhulpplicht. Vaker dan nu zou de kinderrechter een jeugdrechtadvocaat als bijzondere curator moeten benoemen voor een kind om zijn recht op adequate zorg ingevolge de jeugdhulpplicht af te dwingen.
Reinier Feiner